Voorbeelden van het gebruik van Stoom in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
water, stoom en chemicaliën.
Wij weten hoe we stoom af kunnen blazen.
Weet je wat er met je stoom gebeurtals je ouder wordt?
Meer stoom! Meer stoom.
Kon je niet eerder meer stoom maken?
Wil je nog meer stoom afblazen?
Met stoom.
Goed. Ik moet wat stoom afblazen.
Ze varen met vuur en stoom.
Nee, gewoon wat stoom aflaten.
Zonder water, geen stoom.
Hier kon ik stoom afblazen.
Zonder water, geen stoom.
Hij moet stoom afblazen.
Sylvie. Ze moeten gewoon stoom afblazen!
Dus je wilt stoom afblazen.
Vanzelfsprekend fris, maar niet stoom- van zo'n vleeswortel kebab zal moeilijk worden.
Ziet stoom uit een fluitketel komen. Een peuter.
Alleen een hoop stoom. Geen lava.
Heb je genoeg stoom?- Ja?