Voorbeelden van het gebruik van Zo heet je in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Zo heet je… van nu af aan.
Zo heet je ook.
Zo heet je.-Maar natuurlijk.
Zo heet je nieuwe vriend dus?
Bernard? Zo heet je toch?
Zo heet je kat toch?
Hé. Frank, zo heet je maat toch?
Uitstekend nieuws, Boris. Zo heet je toch?
Papa, het is zo heet, je kan een ei leggen op het voetpad.
Zo heette je vriend toch?
Zo heette je toch? Ernest Sutter.
Zo heette je verzorgster toch?
Zo heet je.
Zo heet je.
Zo heet je.
Zo heet je.
Zo heet je dus.
Zo heet je niet.
Zo heet je toch?
Zo heet je? Ja?