Voorbeelden van het gebruik van Afgezegd in het Nederlands en hun vertalingen in het Engels
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Ik verlies m'n gezicht als het wordt afgezegd.
Ik wist niet dat miss Potts had afgezegd.
Ik ben blij dat jij als eerste afgezegd hebt.
Ik wist niet dat miss Potts had afgezegd.
Twee keer afgezegd.
Ik heb de drukkers afgezegd.
Ik heb de volgende act afgezegd.
Ik heb Jack weer afgezegd.
Nee, dat het niet afgezegd is.
Ik heb vergaderingen afgezegd.
Met uw beider instemming kan het nog zonder eerverlies afgezegd worden.
Ik wist niet dat Ms Potts had afgezegd.
Oh, Cameron heeft vanavond afgezegd.
Ik wist niet dat Ms Potts had afgezegd.
Mijn bruiloft is afgezegd.
Dank je. Ik heb dus mijn afspraak afgezegd.
Om die reden heb ik mijn afspraken afgezegd.
Het is afgezegd.
Drie keer heb je afgezegd.
En het werd bijna afgezegd.