Voorbeelden van het gebruik van Grimm in het Nederlands en hun vertalingen in het Engels
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Grimm werd tot voorzitter gekozen.
Je bent een Grimm, een gevaar voor mijn familie.
En de Grimm doodt altijd het mannetje als hij woged.
Een Grimm?
Jij bent de Grimm, ze hebben over je verteld.
Ze is een Grimm.- Wat?
Je bent een Grimm. Je zou beter moeten weten.
Om te zien of geen Grimm zijn beter is dan er één zijn.
Ik 'n Grimm. Jij bent wesen.
Ik ben een Grimm. Meer had ik niet nodig.
Hij is een Grimm. Ik dacht dat hij me wilde doden.
Een Grimm moet leren.
Jij had geen Grimm in je kantoor die je over een moord ondervroeg.
Dan was Josef een Grimm of familie van één.
Hij is geen Grimm meer. Wesen.
Beter een Grimm dan gek. Of de jouwe.
Hij is een Grimm, hij begrijpt het wel.
Beter een Grimm dan gek. Of de jouwe.
Hij is geen Grimm meer. Wesen.
Wilhelm Grimm huis 21610559. Nogmaals.