Voorbeelden van het gebruik van Instoppen in het Nederlands en hun vertalingen in het Engels
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Instoppen, vouwen.
Waarom gaat hij zo op de bus? Instoppen?
Waarom gaat hij zo op de bus? Instoppen?
Je kan er namelijk alles instoppen, wat niet in je hoofd past.
Je shirt instoppen zodat het wat minder baggy lijkt.
U moet de sensor instoppen onder je bed lakens
Mama gaat je instoppen om slapies te doen!
Kun je dit ergens instoppen en op'play' drukken?
Wil jij hem instoppen, of moet ik dat doen?
Ga jij hem instoppen, of zal ik dat doen?
Al moet je er wel wat tijd instoppen.
Hemd instoppen.
Kun je die hoek instoppen?
Je kunt me alleen nog instoppen.
Je moet teruggaan, er 't drama instoppen.
Dat kun je beter instoppen.
We kunnen er een kat instoppen.
Plus, ik moet een kleine meid instoppen.
Ik was bang dat die bewakers me wilden instoppen.
Je komt me toch niet instoppen?