Voorbeelden van het gebruik van Open in het Nederlands en hun vertalingen in het Engels
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
De Inn gaat over een paar weken open.
Zijn ogen zijn open.
Bill, open de deur.
Ja. Wij verwelkomen u met open armen.
Sorry. De deur was open.
Als die deur open gaat, zijn we dood.
Hij is open.
Deuren open.
Marian, open die deur.
Wij vechten met onze luiken open.
Ik laat mijn deur altijd open.
Hij zei dat hij de deur nooit open doet.
Die deur gaat altijd open.
Het is nog niet open.
Don! Open de telefoon, Don.
En ik zal volledig open zijn met u.
De deur is open.
We moeten beslissen, de winkel gaat morgen open.
Dat is omdat je ogen open zijn.
We zijn nog niet open.