Voorbeelden van het gebruik van Buiten in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Niemand binnen, niemand buiten.
Je zei dat je buiten was.
Ik wist niet dat buiten was!
Daryl is met een groep naar buiten.
Niemand is verder naar binnen of naar buiten gegaan.
Komt hij nooit buiten?
Ze staat buiten.
D'Argo is al buiten.
U weet dat hij nooit buiten komt.
Waarom ben ik buiten?
Waarom was jij buiten?
Hij gaat naar binnen en buiten zonder gezien te worden.
Ik ben buiten.
Is de chirurg buiten?
We halen zijn leiband en jasje en we gaan buiten.
De CAP is buiten.
Nee, ratten zitten buiten, muizen binnen?
Weet Moeder-Overste dat u buiten bent?
Candan is buiten.
Zo is ze buiten gekomen.