Voorbeelden van het gebruik van Herken in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Ik herken die geur overal.
Herken je die jongen?
Ik eet dingen die ik niet herken.
Ik herken je.
Ik herken mezelf niet meer.
Herken je mij?
Ik herken jou van eerder.
Ik herken die man zelfs in het donker met mijn mooie ogen geblinddoekt.
Herken je me?
Herken je mij?
Nee, ik herken die kont uit duizenden.
Richard Wilkes hier verbleef, herken je hem?
Nee, nu herken ik je.
Maar hun stemmen herken ik wel als ik ze zou horen.
Oké, ik herken je wel.
Herken je de man van wie je de camera hebt gestolen?
Ja, nu herken ik jou.
Ik herken beslist iets als ik bij de houthakkersweg kom.
Pola, ik herken je.
Ik herken die aangepaste verlengde tand overal.