Voorbeelden van het gebruik van Het station in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Het station werd geopend op 10 augustus 1892.
In 1950 werd het station definitief gesloten.
Het station in Midleton werd oorspronkelijk geopend in 1859.
Het station ligt aan Rørosbanen.
Het station werd in 1857 geopend.
Het station zal na het voltooien van de Fehmarnbelttunnel waarschijnlijk gesloten worden.
Verwijder de schroeven waarmee het optische station te lossen.
De voorkant van het station heeft de vitale statistieken, ook.
Als je een winkel in het station hebt, is je potentieel enorm.
Ik zal het station veranderen.
Is dit het station?
Breng hem naar het station. Ik wil nog een keer naar Joyce kijken.
Ze zijn het station van 5th Avenue uitgekomen.
Het postkoets station, de koets is daar, de dokter.
De jongens op het station zouden geld moeten geven om een tv te kopen.
Geen ruimte meer beschikbaar op het station.
Je gaat beter terug naar het station.
Een gast kocht het in een ander gedeelte van het station.
En JIJ wist precies wat je deed door hem naar het station te brengen.
Ik zie je wel weer op het station.