Voorbeelden van het gebruik van Tics in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Een schooljochie in korte broek met 'n tic.
Iedereen heeft wel een tic.
TIC archivos- Een voetgangers netwerk.
TIC in UK files- Een voetgangers netwerk.
Trump vrijdag speech geproduceerd tic een andere verslaggever's: boos vastberadenheid.
Heeft iedereen een tic?
Geen vergunning TIC.
Het testen van de producten gebeurt in het TIC zelf maar ook op locatie.
Maar ik verzeker je dat die tic.
Dat is een tic.
Het is geen tic.
dat is m'n tic.
Ik vind iemand met een tic die van gymnastiek en kleine ruimtes houdt.
de bloedzuigende spin en het woord tic, de onwillekeurige spiercontractie.
Trainingen geven is een andere belangrijke taak van het TIC, Trainingen worden op alle TIC's wereldwijd gegeven voor de lokale markten.
Tic Tac Toe Online weliswaar verplaatst van de notebooks in de virtuele wereld,
Het aantal Tic Tac-fans steeg zienderogen
Beoordeling van de gezondheidszorg: een tic is een plotselinge,
Deze club kreeg de naam TIC(*TIC: Technologie, Informatica, Communicatie).
Het probleem van een nerveuze tic kan nog dieper zijn, als het kind een hersenschudding