Voorbeelden van het gebruik van Pannenkoek in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Giet zoveel deeg om een niet erg dikke pannenkoek te maken.
Waar is mijn pannenkoek?".
Er was eens een haan die Pannenkoek heette.
is Crêpe een soort dunne pannenkoek.
Verpakt in een pannenkoek.
Je kunt nooit voorzichtig genoeg zijn met een chocolade pannenkoek.
En ik zou je als een pannenkoek kunnen omgooien.
Gezellig verblijf in de vliegende pannenkoek.
Ik zou een eitje en een pannenkoek kunnen klaarmaken.
Jij heet Pannenkoek.
Het hostel heeft ook een trivia en pannenkoek avond.
En hier eet ik het grootste stuk pannenkoek ter wereld.
Eet een pannenkoek.
In dit spel moet je een pannenkoek wat je wilt doen….
Wij selecteren het personeel voor de pannenkoek bedrijf.
Andere games zoals Pannenkoek waanzin.
Geniet van de pannenkoek.
Het is een snack van pannenkoek omwikkeld met diverse ingrediënten.
Jij krijgt die droevige pannenkoek.
Jij niet, pannenkoek.