Voorbeelden van het gebruik van Pieper in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Weet jij het nummer van m'n pieper?
ik zeg pieper.
En omdat je niet altijd je gsm hebt aanstaan… is dit een pieper.
Het nummer van mijn gsm en pieper.
Heeft iemand het nummer van Taubs pieper?
Dat is mijn trillende pieper.
Da's mijn pieper.
Hoe denk je dat ze aan jou pieper nummer kwam?
Maar waarom belde u naar uw eigen pieper?
En daarbij, de pieper is heilig.
Batterijen voor je pieper.
Hey hoe gaat het met de pieper met duizend gezichten?
Ja, ik zou een pieper krijgen.
Ik heb je pieper.
Het is niet haar pieper.
Hij zond noodberichten naar haar pieper.
Ze heeft 'n pieper.
Je laat je pieper vibreren.
Dr. Stevens, het is uw pieper.
Soms zie ik die bij D'Angelo's pieper.