Voorbeelden van het gebruik van Ton in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Zoals bekend leefde hij in een ton.
kost het je een ton.
Hij woonde in een ton.
Afvoeruitloop Polypropyleen geweven jumbo zak Ton zak contact opnemen.
Een of een ton.
maar dat kost een ton per jaar.
De grote wagen kost een ton per dag.
Capaciteit in gevlogen ton ×km.
Deze pvc-stop is voor loodgieterswerk van de 1 duim het hete ton.
Zoek Hotels nabij Ton Pho.
bevatten ze vierhonderd miljoen ton water.
Let goed op de beer, op die ton.
Ik blijf hier om die ton te winnen.
Kijk in die ton.
Verpakkingsmethode: netto 50kgs/tas of ton zakken.
Diogenes in zijn ton.
Verpakkingen: 25 kg geweven zakken met ton tas.
Kelly surfer marathon klap en stroke met ton van wang.
Levering vermogen: 200 ton per jaar.