MUCHACHOS - vertaling in Nederlands

• jongens
• mannen
• kinderen
• kerels
• boys
• jongeren
• knapen

Voorbeelden van het gebruik van Muchachos in het Spaans en hun vertalingen in het Nederlands

Tú y tus muchachos han hecho un excelente trabajo, Serpiente.
Jij en je mannen hebben 't vandaag goed gedaan, Snake.

Muchachos, me muero del hambre.
Man, ik sterf van de honger.

¿Sus muchachos han tenido algún entrenamiento de montañés?
Hebben uw mannen berg training gehad?

Es mía, muchachos.
Ze is van mij jongens.

Tal vez los muchachos del capitán Leavenworth.
Misschien de mannen van kapitein Leavenworth.

Muchachos, ella es Tracy Richter.
Heren, dit is Tracy Richter.

Señora, los muchachos están en Hattington Sands. Bien.
Mevrouw, de mannen zijn in Hattington Sands.

Vamos, muchachos, traten de no arruinarme este lugar.
Kom, lui, probeer deze zaak niet voor me te verpesten.

Hay unos muchachos también en el pueblo.
We hebben ook mannen in de stad.

Vamos, muchachos, péguenle a la bola.
Vooruit, lui, sla de bal.

Estos muchachos están muy motivados
Deze mannen zijn gemotiveerd

Vamos, muchachos, rápido, rápido.
Kom op jongens, snel… snel.

Tu cuñado y algunos muchachos de por aquí me mintieron.
Je zwager en wat mannen van hier… hebben tegen me gelogen.

Muchachos, su vieja mamá sabe cuándo la han vencido.
Jullie oude moeder weet wanneer ze verslagen is.

Uno de sus muchachos.
Een van zijn mannen.

Y muchachos de esta historia?
En de mannen in dit verhaal?

Trabajo para mis muchachos.
Werk voor m'n mannen.

Vamos, muchachos, vayan a traerles regalos.
Kom op jongens, haal hun cadeautjes.

Uno de sus muchachos.
Een van uw mannen.

Vamos, muchachos,¿dónde está mi agente favorita?
Kom op, gasten, waar is mijn favoriete agent?