Examples of using Dag vandaag in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Het is mijn eerste dag vandaag.
Een halve dag vandaag.
Ik heb niet zo'n beste dag vandaag.
Het is je laatste dag vandaag.
Het is echt een warme dag vandaag.
Ja, het is zijn dag vandaag.
Het was m'n vrije dag vandaag.
Het was mijn eerste dag vandaag.
Ja, zware dag vandaag.
Een mooie dag vandaag.
Ik heb haast niks gegeten de hele dag vandaag.
Ja, meneer. Niet m'n dag vandaag.
Wordt een mooie dag vandaag.
Uw grote dag vandaag, hè?
Het was weer zo'n soort dag vandaag.
Mooie dag vandaag, niet?
Ik begin de dag vandaag met een hoofdstand.
De dag vandaag is niet enkel voor jullie twee.
De dag vandaag is Thundarian's verjaardag.
Het is mijn dag vandaag een'Ik ga naar huis.