Examples of using De deugd in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
De deugd van de Duivel is in zijn lendenen.
Is punctualiteit niet de deugd van de eenzame?
Gij zult de deugd van de nederigheid beoefenen.
De deugd die we het meest nodig hebben.
Hoop is de deugd van een hart.
De deugd van de kunststof tank in zijn bruikbaarheid.
Van de deugd van onze dromen.
De vrouwelijke deugd.
De deugd der bescheidenheid te leren.
Gehoorzaamheid is de deugd van goed geboren meisjes.
Kalmte is de deugd der sterken.
Geduld is de deugd van succesvolle mensen.
Patriottisme is de deugd der ontaarden.
Dat is de deugd van mijn werk.
Patriottisme is de deugd der boosaardigen.
Mildheid is de deugd van de idioten, niet?
Patriottisme is de deugd der boosaardigen.
Patriottisme is de deugd der boosaardigen.
Patriottisme is de deugd der boosaardigen.
Gehoorzaamheid is de eerste deugd van jonge vrouwen.