Examples of using Tijd in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Gebruikers die voor een langere tijd vooruitbetalen krijgen korting.
Boeken van de tradities in hun eigen tijd al is hun.
Wat leven wij in een fascinerende moderne tijd.
Tijd voor u om te investeren in een nieuw pak.
Er was een tijd dat ik dacht dat ik het kon. Vliegen.
In mijn tijd zijn we tot alles in staat.
Beschikbaarheid van de huur ook voor kortere of langere tijd afhankelijk van de behoeften.
De provocatie kan gedurende die tijd ernstig of gering zijn.
Het was wat we noemen de Tijd van de Honing.
Dank u voor uw tijd, Dr. Fargo.
We leven in een tijd van onenigheid en haat.
Het bewaren van gedecarboxyleerde cannabis voor langere tijd is een slecht plan.
Je zei dat in jouw tijd iedereen homo was.
Ik heb van die tijd veel geleerd.
We leven in een tijd van onmiddellijke bevrediging.
Het is tijd voor m'n nieuwe drive.
De tijd is niet zo goed geweest. Het is.
Wij kunnen uw producten voor korte of langere tijd opslaan.
Hij zal Doug, tijd te doden.
Ik heb hier, uit die tijd een paar.