I'M IN THE CAR in Dutch translation

• ik zit in de auto
• ik ben in de auto

Examples of using I'm in the car in English and their translations into Dutch

Once I'm in the car, nuke the building from orbit.
Als ik in de auto zit, gooi je het gebouw plat.

There will be no fart games while I'm in the car, got it?
Geen scheetspelletjes wanneer ik in de auto zit.

You're in for a real treat. Tell Billings I'm in the car.
Lekker klusje, zeg Billings dat ik in de auto zit.

I just don't think about it once I'm in the car.
Ik denk er gewoon niet aan als ik in de auto zit.

Even when I'm in the car, it's not always fun.
En zelfs als je in de auto zit, is het niet altijd feest.

I'm in the car, hands-free, with my partner.
Ik ben in de wagen, handenvrij, met mijn partner.

Well I'm in the car.
Ik ben naar de auto.

If I'm in the car with you, they're not gonna hurt you.
Als ik in de auto zit met jou, gaan ze jou niks doen.

It's always with me. Whenever I'm in the car or I'm traveling.
Als ik in de auto zit of reis, is die altijd bij me.

First I get irritated by cyclists when I am in the car.
Ten eerste irriteer ik mij mateloos aan fietsers als ik in de auto zit.

I was in the car!
Ik was in de auto!

Conor… I was in the car.
Conor, ik zat in de wagen.

By random chance, I was in the car you targeted.
Bij willekeurig toeval was ik in de auto die je wilde raken.

I was in the car with my dad.
Ik zat in de auto met mijn vader.

I was in the car.
Zij zat in de auto.

I told you, I was in the car with Stoller.
Ik zat in de auto bij Stoller.

While I was in the car, I thought I saw Kiyomi.
Terwijl ik in de auto zat, dacht ik dat ik Kiyomi zag.

He thought I was in the car.
Hij dacht dat ik in de auto zat.

I was in the car with my folks.
Ik zat in de auto van m'n ouders.

Hey, I was in the car.
Hey, ik was in de auto.