Voorbeelden van het gebruik van Beleidigen in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Und Menschen beleidigen.
Ich will Sie nicht beleidigen.
Sie beleidigen mich, Davina.
Wenn Sie ihn beleidigen, beleidigen Sie auch mich.
Hayak, ich wollte dich nicht beleidigen.
Hayak, ik wilde je niet beledigen.Sie beleidigen meine Intelligenz!
Je beledigt m'n intelligentie!Sie beleidigen uns beide.
Die zijn beledigend voor ons beiden.Wieso beleidigen Sie meinen Freund?
Je beledigd mijn vriend?Vater, ich will Sie nicht beleidigen.
Ik wil u niet beledigen, eerwaarde.Beleidigen Sie meine Schuhe?
Je beledigt mijn schoenen?Ich will eure Marken und Modelle nicht beleidigen.
Niet beledigend bedoeld voor jullie modellen.Du würdest Tante Sophie beleidigen, wenn du nicht kommst.- Das ist mir gleich.
Tante Sophie zou beledigd zijn als je het afslaat.Ich wollte ihn nicht beleidigen.
Ik wilde hem niet beledigen.Warum beleidigen Sie mich?
Waarom beledigt u mij?Ich will keinen beleidigen, aber ist diese Idee nicht nur schwuler Unsinn?
Niet om beledigend te zijn, maar is dat geen homo-onzin?Ich bin blind, ich hätte dich nicht beleidigen dürfen!
Het spijt me als ik u heb beledigd.Sie wollen mich heute unbedingt beleidigen.
U wilde me vandaag echt beledigen.Und jetzt… beleidigen Sie mich?
Nu beledigt u me?Er kann dich nicht so beleidigen.
Ik sta niet toe dat hij je zo beledigd.allen Trost spenden, keinen beleidigen.
prettig vindt en niet beledigend.
