CHIEF - vertaling in Nederlands

• chief
• chef
• baas
• commissaris
• hoofd
• hoofdcommissaris
• korpschef
• opperhoofd
• hoofdinspecteur
• politiechef
• inspecteur

Voorbeelden van het gebruik van Chief in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands

Chief Ripley hat mich nominiert.
Korpschef Ripley heeft me voorgedragen.

Er ist der Chief, von was jetzt?
Hij is het hoofd van wat?

Chief, denkst du wirklich,
Baas, denk je echt,

Nein, Chief Dixon ist weg.
Nee, chef Dixon is weg.

Wenn Sie dem Chief helfen, helfen Sie sich selbst.
Help de chief en help uzelf.

Nicht der Chief und nicht meine Mom.
Niet de commissaris, en niet mijn moeder.

Großer Chief haben Vater
Groot Opperhoofd heeft vader

Chief, ich weiß, diese Hundesache ist sehr verstörend.
Hoofdinspecteur, ik weet dat het hele hondending verontrustend is.

Er redet über dich im Fernsehen. Der Chief.
De korpschef praat over je op tv.

Ich bin Chief Training Operative beim MI5.
Mijn titel is Hoofd Operatieve Training, MI5.

Der Chief hat mir erzählt, was gestern passiert ist.
De hoofdcommissaris vertelde me wat er is gebeurd.

Dutch, der Chief hat mich persönlich angerufen.
De baas heeft me persoonlijk gebeld, Dutch.

Chief Ted Green. Bucky Bleichert.
Bucky… de Chef, Ted Green.- Bucky Bleichert.

Chief Gaines? Ich bin Jennifer Jareau von der BAU?
Ik ben Jennifer Jareau van de BAU. Commissaris Gaines?

Kann ich Ihnen behilflich sein? Chief Lane.
Kan ik u helpen? Chief Lane.

Wohnt der Chief hier?
Woont de politiechef hier?

Ich bin der Chief dieses Stammes, Nola.
Ik ben het opperhoofd van deze stam, Nola.

Chief Lane.
Hoofdinspecteur Lane.

Ich bin der Chief der Polizei.
Ik ben hoofd van politie.

Chief Bishop.
Hoofdcommissaris Bishop.