PACKEN - vertaling in Nederlands

pakken
holen
nehmen
schnappen
kriegen
erwischen
packen
fangen
fassen
greifen
erledigen
stoppen
aufhören
aufhalten
anhalten
beenden
stecken
aufgeben
abbrechen
verhindern
absetzen
aussteigen
doen
tun
machen
unternehmen
erledigen
antun
schaffen
anstellen
haben
lassen
spielen
grijpen
greifen
nutzen
schnappen
packen
holen
nehmen
grabbing
fassen
zetten
setzen
stellen
machen
bringen
legen
lassen
stecken
werfen
drehen
nehmen
kunnen
können
dürfen
sollen
möglicherweise
lassen sich
schaffen
vielleicht
ermöglichen
in der lage
leggen
legen
knüpfen sie
erklären
verlegung
bringen
setzen
stellen
nehmen
unterbreiten
erläutern
gaan
gehen
werden
fahren
wollen
machen
kommen
laufen
fliegen
jetzt
verschwinden
vastpakken
greifen
halten
packen
nehmen
festhalten
anfassen
proppen
stopfen
quetschen
packen
gerinnsel
stecken
pauken
zwängen

Voorbeelden van het gebruik van Packen in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Ecclesiastic category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Computer category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Wir packen das!
Dit kunnen we!
Perfekt. Ja, wir packen Abel in diesen alten Kauz.
Perfect. We stoppen Abel in deze ouwe knakker.
Das packen wir.
Wij doen dit zelf.
Ich will das auf meinen Facebook-Account packen.
Doe ik. Ik wil hem op Facebook zetten.
Nein, Fische packen nicht zu.
Nee, vissen grijpen niet.
Du musst dein Zeug packen und gehen.
Je moet je spullen pakken en vertrekken.
Packen wir sie in den Wagen und suchen wir eine Schweinefarm.
We leggen ze in de auto en dan gaan we een varkenshouderij zoeken.
Wir packen es zusammen.
We kunnen het samen doen.
Denn dann gelten nicht mehr die Regeln des Basketballs. Dann darf ich ihn am Arm packen.
Je mag nu zijn arm vastpakken, want we spelen geen basketbal meer.
Wir packen es in Glasbehälter.
We stoppen het in glazen bussen.
Wir packen das.
We gaan het doen.
Komm schon, du musst ihn wieder in die Datenbank des Sicherheitspersonals packen.
Schiet op, je moet hem in het personeelsbestand van de beveiliging zetten.
Du musst deine Mööpse in eine Rüstung packen, Schätzchen.
Je moet ze in 'n harnas doen, schatje.
Komm… lass dich packen.
Kom. Ik wil u grijpen.
Wir packen seine Füße. Schieb ihn.
Duwen. Wij pakken zijn voeten.
Die Italiener packen zum Beispiel nicht gewaltige Mengen an Fleisch
De Italianen leggen geen gigantische hoeveelheden vlees
Wir packen das. Gene, unsere Show bedeutet mir viel.
We kunnen dit. Ik vind onze show belangrijk.
Wir packen sie in die Presse.
We stoppen haar in de pers.
Und wenn ich es packen kann, kann ich es töten.
Als ik het kan vastpakken, kan ik het ook doden.
Wir packen die Rekordmarke!
We gaan naar 20!
Uitslagen: 1346, Tijd: 0.1074

Top woordenboek queries

Duits - Nederlands