SCHEIDUNG - vertaling in Nederlands

scheiding
scheidung
trennung
scheiden
spaltung
teilung
scheitel
abgrenzung
entflechtung
getrennte
trenner
echtscheiding
scheidung
scheidungsgericht
scheiden lassen
scheidungsfällen
scheiden
trennen
scheidung
trennung
getrennt
auseinanderbringen
schifting
scheidung
richtens
divorce
scheidung
gescheiden
trennen
scheidung
trennung
getrennt
auseinanderbringen
scheidingen
scheidung
trennung
scheiden
spaltung
teilung
scheitel
abgrenzung
entflechtung
getrennte
trenner
scheidden
trennen
scheidung
trennung
getrennt
auseinanderbringen

Voorbeelden van het gebruik van Scheidung in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Computer category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Woher sollst du wissen, was der Tag der Scheidung ist?
En hoe zul jij te weten komen wat de dag van de schifting is?
Über Scheidung.
Van divorce.
Jetzt will sie keine Scheidung.
Nu wil ze niet scheiden.
Renata, meine Scheidung ist seit dem 2. September rechtskräftig.
Renata, ik ben gescheiden op de tweede dag van September.
Und nach ihrer Scheidung traf sie meinen Vater.
Nadat zij scheidden, ontmoette Helen m'n vader.
Scheidung, Steuern.
Scheidingen, belastingen.
Eine Scheidung, zum Mitnehmen. Tee? Wasser?
Een echtscheiding om mee te nemen. Water? Thee?
Willkommen bei LDS Scheidung Unterstützung.
Welkom bij LDS Divorce Ondersteuning.
Beide Eltern nach der Scheidung weg.
Allebei je ouders… verdwenen na de scheiding.
Ich will keine Scheidung.
Maar ik wil niet scheiden.
Scheidung neun Monate vor Daisys Mord.
Gescheiden negen maanden voor Daisy werd vermoord.
Marion. Wir waren unzertrennlich, bis zur Scheidung meiner Eltern.
Marion. We waren onafscheidelijk tot m'n ouders scheidden.
Geisteskrankheit, Scheidung… Meine Frau kauft mir ein Auto.
Mijn vrouw heeft een auto voor me gekocht. Vervreemding, scheidingen….
Eine Scheidung ist hart.
Een echtscheiding is lastig.
Ich sage nicht, dass die Scheidung schön war.
Ik zeg niet dat dat de scheiding plezierig was.
Vor drei Wochen wolltest du die Scheidung.
Drie weken geleden wilde je scheiden.
Scheidung von seiner zweiten Frau Diane.
Gescheiden van z'n tweede vrouw.
Entfremdung, Scheidung.
Vervreemding, scheidingen.
Ich will eine Scheidung.
Ik wil een echtscheiding.
Ja, das bedauere ich am meisten an meiner Scheidung.
Dat spijt me het 't meeste van mijn scheiding.
Uitslagen: 2108, Tijd: 0.1956

Top woordenboek queries

Duits - Nederlands