HAVE WORK - vertaling in Nederlands

• moeten aan de slag
• moeten werken
• werken hebben
• heb werk
• moet werken
• moet werk
• is werk
• hebben een klus
• hebt werk
• werk hebben
• hebben werk
• moet aan de slag

Voorbeelden van het gebruik van Have work in het Engels en hun vertalingen in het Nederlands

My friends, we have work to do.
Vrienden, we moeten aan de slag.

I have work to do. i'm going.
Ik heb werk te doen. Ik ga.

I have work to finish. Not exactly.
Ik moet werk doen.- Niet bepaald.

You have work in the morning.
Want je moet werken morgen.

You have work to do.
Je hebt werk te doen.

Come, we have work to do.
Kom, we moeten aan de slag.

I have work to do. Excuse me.
Ik heb werk te doen. Neem me niet kwalijk.

We have work to finish.
We hebben een klus te klaren.

Not exactly. I have work to finish.
Ik moet werk doen.- Niet bepaald.

Now get up. I have work to do.
Nou opstaan, ik moet werken.

Stop watching TV, we have work to do.
Stop met tv-kijken, er is werk te doen.

You have work to do, Uhtred.
Je hebt werk te doen, Uhtred.

When we have work for you, we will certainly notify you.
Als we werk hebben krijg je zeker bericht.

We have work to do!
Maar we moeten aan de slag.

I have work to do. No more.
Ik heb werk te doen. Niet meer.

You have work, I have work.
Jij moet werken, ik moet werken.

Not exactly. I have work to finish.
Niet bepaald. Ik moet werk doen.

You're still a prosecutor, and we have work to do.
Je bent nog steeds aanklager en er is werk te doen.

And we have work tomorrow.
En we moeten werken morgen.

You have work to do. Go
Je hebt werk te doen, ga,