THE CRASH - vertaling in Nederlands

[ðə kræʃ]
[ðə kræʃ]
het ongeluk
the accident
the crash
the incident
the misfortune
bad luck
the unhappiness
the hit-and-run
the mishap
het ongeval
the accident
the crash
the incident
the casualty
the mishap
de botsing
impact
collision
clash
crash
het neerstorten
crash
downing
going down
de krach
the crash
the power
de aanrijding
the hit-and-run
the accident
the crash
impact
collision
running
de beurskrach
the crash
the stock market crash
the wall street crash
de neerstorting
the crash
de beurscrash
the stock market crash
the crash
the wall street crash
de valpartij

Voorbeelden van het gebruik van The crash in het Engels en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Ecclesiastic category close
  • Medicine category close
  • Financial category close
  • Computer category close
  • Ecclesiastic category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
It was the crash or the fire after.
Het was de botsing of het vuur nadien.
These people celebrate the crash from a US drone.
Deze mensen vieren het neerstorten van een Amerikaanse drone.
So… the crash was definitely premeditated.
Dus, de aanrijding beslist opzettelijk.
But the crash didn't kill him. Yes.
Ja. Maar het ongeluk doodde hem niet.
Tell us again about the night of the crash.
Vertel ons nog eens over de nacht van het ongeval.
I saw a symptom before the crash.
Ik zag een symptoom vóór de crash.
The crash ignited a small brush fire,
De neerstorting stak een kleine kreupelhoutbrand aan,
Nothing. Then, sometime after the Crash.
En na de beurskrach niks meer.
That's what I thought.-About the crash.
Over de aanrijding. Dat dacht ik al.
The crash hit me hard as anyone, gentlemen.
De krach heeft mij ook hard geraakt, heren.
The crash wasn't an accident.
De botsing was geen ongeluk.
So she survived the crash, and I didn't.
Dus zij overleefde het neerstorten,- en ik niet.
The truck, the crash, you.
De truck, het ongeluk, jou.
practical issues after the crash.
praktische gevolgen na het ongeval.
That, or the symptom caused the crash.
Dat, of het symptoom veroorzaakte de crash.
Then came the crash of 1929.
Toen kwam de beurscrash van 1929.
After the crash, no.
Na de neerstorting, nee.
Witnesses said they heard an engine accelerating before the crash.
Getuigen verklaarden dat ze voor de aanrijding een motor hoorden versnellen.
That's the crash we're hearing.
Dat is de botsing die we horen.
Lost everything in the crash. Well, her brother inherited it.
En verloor alles tijdens de Beurskrach.- Haar broer heeft het geërfd.
Uitslagen: 2164, Tijd: 0.0705

Woord voor woord vertaling

Top woordenboek queries

Engels - Nederlands