DONS - vertaling in Nederlands

donaties
don
donation
giften
cadeau
don
donation
libéralité
gaven
donner
fournir
offrir
apporter
accorder
laisser
faire
rendre
indiquent
confèrent
schenkingen
donation
don
dotation
cadeau
libéralité
effusion
geschenken
cadeau
les cadeaux de la plus
dons
présents
gave
don
cadeau
pouvoir
capacité
talent
cool
super
du gave
talenten
don
talentueux
doué
capacité
compétences
de gaven
les dons
cadeaux
gaves
dons
capacités
de giften
de geschenken

Voorbeelden van het gebruik van Dons in het Frans en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Ecclesiastic category close
  • Official/political category close
  • Computer category close
  • Programming category close
moyens et dons.
middelen en giften.
Rose m'a dit à propos de vos dons.
Rose vertelde mij over jouw gave.
Et l'admiration pour les dons uniques de l'autre.
En bewondering voor elkaars unieke talenten.
Corinthiens 12-14 traite principalement le sujet des dons de l'Esprit.
Korintiërs hoofdstukken 12-14 gaan vooral over het onderwerp van de gaven van de Geest.
Des legs et dons faits à la Caisse Commune d'Assurance;
De giften en legaten aan de Gemeenschappelijke Verzekeringskas gedaan;
Je sais que mes dons existent.
Ik weet dat mijn gave bestaat.
On a tous des dons différents.
We hebben allemaal verschillende talenten.
Allez, fais-moi voir la liste des dons et des dépenses.
Wel dan… laat me de lijst zien van de giften en de uitgaven.
J'ai peut-être sous-estimé vos dons, mademoiselle.
Misschien heb ik uw gave onderschat, mademoiselle.
Une sorcière moyenne naît avec quelques dons naturels.
Een gemiddelde heks is geboren met 'n paar natuurlijke talenten.
Je n'utiliserai pas mes dons pour commettre un pêché.
Ik zou mijn krachten niet gebruiken voor een zonde.
Linklaters accueille la cérémonie de remise des dons 2016.
Linklaters verwelkomt de ceremonie van het overhandigen van de giften van 2016.
A chacun ses dons.
Leder z'n gave.
Vous doutez de mes dons?
U twijfelt aan mijn talenten.
Dons nous avons une équipe appelée"Les Cuppers.
Dus we hebben een team met de naam" The Cuppers.
On ne doit peut-être pas juste utiliser nos dons.
Misschien moeten we onze gave niet alleen gebruiken.
Dons vous pensez qu'ils ont rendu un service public?
Dus denk je dat ze het volk een dienst doen?
Dons je suppose que j'ai rendez-vous… dans un donjon.
Dus ik denk dat ik op een date ga… in een kerker.
Un à faire des dons.
Een voor donaties.
Dons, Hans, contrôleur social principal au Département;
Dons, Hans, eerstaanwezend sociaal controleur bij het Departement;
Uitslagen: 1739, Tijd: 0.409

Top woordenboek queries

Frans - Nederlands