Voorbeelden van het gebruik van Afknapper in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Het is een afknapper.
En een afknapper.
Droge handjes vind ik zo'n afknapper.
Is dat een afknapper?
Natuurlijk, hij was ook een beetje gretig dat is altijd een afknapper, dus ik zou me terug kunnen trekken,
Charlie, je moet één ding weten… Het is echt een afknapper als een man sorry zegt.
grappig als ze soms zijn, meer een afknapper zijn.
zijn schoenen waren een afknapper?
wie weet is de saaie achtergrond wel een afknapper voor sommigen.
Omdat ik niet het lef had om je te vertellen dat een derde tiet een afknapper zou zijn.
Geloof me, Ed heeft ook afknappers.
Geloof me, Ed heeft ook afknappers.
Wat een afknapper.
Wat je zei was een afknapper.
Wat kun jij toch afknapper zijn?
Sorry dat ik vandaag zo'n afknapper ben.
Weet je wel wat een afknapper dat is?
De angst in zijn ogen is een beetje een afknapper.
Meisjes die alles denken te weten zijn een afknapper.
Alles wat ik eerst leuk vond, was ineens een afknapper.