Voorbeelden van het gebruik van Blauw oog in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Ik sla hem zelfs een blauw oog.
Mooi blauw oog.
En? De man had een blauw oog.
Nee. Met een blauw oog.
Schopte hij je een blauw oog?
Ik heb niks, behalve een blauw oog.
Het ging over dat blauw oog.
Dan komt Lionel thuis met een blauw oog.
Ik heb een blauw oog.
Je heb hem een blauw oog gegeven.
Reggie had een blauw oog.
Zou stijlvol zijn, verschijnen met een blauw oog.
Van wie heb je dat blauw oog?
Ze heeft vast een blauw oog.
Morgen heb je een blauw oog.
Dagen voor Collins vermist raakte, daagde hij op met een blauw oog.
Dat is de eikel die me een blauw oog geslagen heeft.
Of je geeft ze een blauw oog.
Ik dacht dat hij een blauw oog had.
Hoe kom je aan dat blauw oog?