Voorbeelden van het gebruik van Burcht in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
De burcht, van rechthoekig plan, omringd door machtige
Praagse burcht- praag, tsjechië.
wordt een burcht.
Langs de schildmuur komt men op de binnenhof van de burcht.
Mijn vijanden zijn in de Rode Burcht.
Burcht van Chios: een grote burcht met een rijk verleden.
Dat moet de burcht van koning Hendrik zijn!
Hij bracht zijn krijgers in de burcht.
Ja, U bent mijn burcht.
De Nachtwacht kwam naar onze burcht.
Vanaf de 19e eeuw begon het verval van de burcht.
Ik zie 'n burcht van zilver en goud… op daar!
We moeten Quayle dwingen… z'n elektronische burcht te verlaten.
Reeds in 1262 belegerde hij de burcht Schwarzenberg bij Wadern.
De oostkant van de burcht.
Hij zei dat ik in de Rode Burcht mocht blijven tot mijn proces.
En de burcht?
Burcht en land gaf ik op.
Diens zoon Willem is in 1402 in het bezit van de burcht.
In de 15e eeuw werd de burcht verder uitgebreid.