Voorbeelden van het gebruik van De rum in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
De rum ook.
Maar waarom is de rum weg?
Verstop de rum. Elizabeth.
De rum is nog maar het begin.
De rum is voor mij, Sammy.
Ja, de rum is weg.
Is het wel oké met de Rum?
Je verbrandt al het eten, de schaduw, de rum.
Geef me de rum.
Je hebt de rum.
Hé man, drink de rum.
Een meisje vergiftigt de rum.
Hij zit aan de rum.
Geen water meer. Waarom is alles, behalve de rum, op?
Deze kleren staan je niet. Verstop de rum.
Ik weet 't. Ik kan de rum ruiken.
Dat helpt. Drink de rum.
Elizabeth. Verstop de rum.