Voorbeelden van het gebruik van Innerlijk in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Ontdek je innerlijk kracht.
Ik hoopte dat het boeddhisme me innerlijk rust zou geven.
Hij zag niet dat je innerlijk onvoorbereid bent.
En ontsteek je innerlijk vuur.
Wanneer je wakker wordt, bidden innerlijk.
Dan kunnen we zonder afleiding luisteren naar ons innerlijk gesprek met God.
We moeten dus goed begrijpen dat we innerlijk aan het groeien zijn.
Het ene Oog van Horus staat voor innerlijk zicht.
In Sahaja Yoga moeten we onszelf innerlijk ontwikkelen.
De dood is een onverwacht feestje, tenzij je innerlijk al dood bent.
Ik doe het nu niet. Innerlijk.
al is het maar innerlijk.
Het zal haar innerlijk verscheuren.
Hij was een mooie man, innerlijk en uiterlijk.
Vanuit heldere aandacht geeft het wegvloeien een uiterst subtiel innerlijk zingenot.
Van imitatie tot innerlijk gevoel.
Maar ooit moet men in zijn innerlijk schouwen en die angst overwinnen.
Zijn woorden maakten op een ongelooflijk simpele wijze mijn hele innerlijk vrij.
Wat je zei was vanuit je diepste innerlijk.
Pap zei dat het niet om 't uiterlijk gaat, maar om het innerlijk van een kind.