Voorbeelden van het gebruik van Je getrouwd in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Ga niet respectloos met mijn lessen om, alleen omdat je getrouwd bent.
Ik ben de man met wie je getrouwd bent.
Ik vind het fijn met je getrouwd te zijn, Angel.
Blijkbaar ben je getrouwd en heb je twee kinderen.
En ten tweede, je weet met wie je getrouwd bent.
Ik wist niet dat je getrouwd was.
Ik wil niet langer met je getrouwd zijn.
Ben je getrouwd, Hen?
Ben je vergeten met wie je getrouwd bent?
Ik vroeg of je getrouwd was.
Ik ben zo blij dat ik met je getrouwd ben.
Ben je getrouwd, ofzo?
En je weet met wie je getrouwd bent.
Dat komt omdat je getrouwd bent.
En ik ben nog steeds met je getrouwd omdat…?
Hoe kon je niet weten dat je getrouwd moest zijn?
Jaren geleden, voordat je getrouwd was.
Maxine zei niet dat je getrouwd was.
is met je getrouwd zijn.
Dat klopt.- Ben je getrouwd, Frank Aasli?