Voorbeelden van het gebruik van Je getrouwd in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Ben je ooit getrouwd geweest?
bent wil je getrouwd zijn.
Ben je getrouwd?
Het maakt niet uit hoe lang je getrouwd bent.
Ben je getrouwd?
Ben je ooit getrouwd geweest?
Wil je getrouwd met hem zijn?
Was je ooit getrouwd, Coach?
Omdat je net getrouwd bent… wilden we even met je komen babbelen.
En toch ben je niet getrouwd.
Ben je getrouwd?
Hij weet dat je getrouwd bent. Wat is het probleem?
Wanneer je getrouwd bent en drie kinderen heb, grijp je alle kansen aan.
Ben je getrouwd?
Noch zal je ooit getrouwd zijn vrouwen na hem.
Ik dacht dat je getrouwd was geweest?
Was je ooit getrouwd, Cooper?
En tegen de tijd dat je getrouwd bent is, het te laat.
Als je getrouwd bent, zijn hongbao's een must;