Voorbeelden van het gebruik van Luthers in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Een kleine minderheid is luthers.
Ja, ik ben luthers.
Dokter, jurist, luthers.
ook niet luthers.
ook niet luthers.
ook niet luthers.
Goed dat ik niet'luthers' zei.
ben ik luthers.
Neem alle exemplaren van Luthers werk die je kunt vinden in… en verbrand ze.
En de Paus zelf heeft een prijs gezet op Luthers hoofd.
Hij was Luthers.
Wagner was de zoon van een luthers predikant in Lotharingen.
Ik ben luthers.
Anna Boleyn… was ook Luthers en een reformist.
Zijn ouders waren Luthers.
Ze kwam terecht in een Luthers weeshuis.
Ik ben Luthers opgevoed.
Ik ben Luthers opgevoed.
Hij werd op 22 maart 1739 luthers predikant te Alkmaar,
Scheil, Die Tierwelt in Luthers Bildersprache, Bernburg,