Voorbeelden van het gebruik van Train in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Daarom train ik elke dag!
De gevormde kabel s train reliëf ontworpen afhankelijk van de wens van de klant.
Train hard. Goed. Deal.
Train Guttierez. Leider van de Toros.
Zo train ik al m'n mannen.
Ik train mezelf in het nabootsen van de dood.
De mannen die ik train beschermen Amerikanen.
Train de ninja meer sterk te zijn.
Train daar niet voor.
Soul Train debuteerde in 1971.
Train je ergens voor?
Ik train omdat het zo koud is.
Train je hersens.
taxi en train.
Een Japans speelgoedartikel genaamd Train Robo.
Train je veel?
Train je soldaten en werktuigen strategieën van de strijd en verovering.
Ik train wel eens.
Ik treed op, train, en dan komt er wat shit naar boven.
Dit is een oorlog van blanken, Train.