Voorbeelden van het gebruik van Trakteert in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
een prima vent die op vrijdag op Margarita's trakteert?
Gus trakteert.
Jij trakteert.
Jij trakteert de volgende keer.
Hij trakteert me op lunch.
Hij trakteert.
Het is geen medelijden als jij trakteert.
Als je trakteert, heb ik altijd dorst.
Ik had gehoopt op man die me op een borrel trakteert'.
Dan trakteert.
Jij trakteert. Lekker bezatten.
Jij trakteert. Je zou ze de naam kunnen geven.
Als Bo Peep je op een drankje trakteert, dan maak je zin.
Leonard trakteert.
Jij trakteert. Hé.
Ja, als jij trakteert.
Leonard trakteert.
Jij trakteert, voor het wijze advies.
Jij trakteert, Mr Queen.
Oom Bob trakteert. Geen zorgen.