Voorbeelden van het gebruik van Verliezer in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Hij is de verliezer.
Zeven de verliezer en de volgende man schiet. Het schokken. Hier.
Je bent een no-show, een verliezer.
een ridder, en ik kom als een verliezer terug.
Je was altijd mijn beste verliezer.
De winnaar krijgt het leven van de verliezer.
En jij bent de verliezer.
Deze vent is een verliezer.
Jij bent de verliezer.
Jij bent de verliezer.
Ja, en de winnaar krijgt dan…… de bezittingen van de verliezer, en zijn vrouw en zo.
Bent u een winnaar? Of een verliezer?
Weet je, ik had bewijs nodig om mezelf te tonen dat ik geen verliezer was.
Ze begint te gillen, en deze verliezer strompelt de auto uit.
Maar je zult altijd een verliezer zijn.
De winnaar krijgt de auto van de verliezer.
Als je 12 keer verliezer bent… het maakt niet zoveel uit wat je steelt.
Ik ben geen verliezer.
Hij is waarschijnlijk een verliezer.
En een verliezer.