VERTROUWT - vertaling in Duits

vertraut
vertrouwen
geloven
zelfvertrouwen
rekenen
het vertrouwen
setzt
zetten
stellen
gaan zitten
gaan
plaatsen
maken
brengen
komen zitten
leggen
wedden
verlässt sich
vertrouwen
rekenen
gaan
vertraust
vertrouwen
geloven
zelfvertrouwen
rekenen
het vertrouwen
vertrauen
vertrouwen
geloven
zelfvertrouwen
rekenen
het vertrouwen
vertraute
vertrouwen
geloven
zelfvertrouwen
rekenen
het vertrouwen
verlassen sich
vertrouwen
rekenen
gaan
verläßt sich
vertrouwen
rekenen
gaan

Voorbeelden van het gebruik van Vertrouwt in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Ecclesiastic category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Computer category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Je vertrouwt op iedereen die nog met je wil praten.
Man setzt auf jeden, der noch mit einem redet.
De haas vertrouwt op z'n lange benen,
Der Hase verläßt sich auf seine langen Beine,
In 1869 vertrouwt deze hem de vorming van de novicen toe.
Vertraute ihm dieser auch die Ausbildung der Novizen an.
Je vertrouwt me toch?
Sie vertrauen mir doch, oder?
En jij vertrouwt me niet.
Und du vertraust mir nicht.
U vertrouwt de verkeerde man.
Sie verlassen sich auf den falschen Mann.
I-See vertrouwt niet op kaarten.
I-See verlässt sich nicht auf Kartenmaterial.
Je vertrouwt op iedereen die nog tegen je praat.
Man setzt auf jeden, der noch mit einem redet.
Mijn dochter vertrouwt me niet meer.
Meine Tochter vertraut mir nicht mehr.
Wie vertrouwt Helen?
Wem vertraute Helen am meisten?
En je vertrouwt Pete en Myka?
Und Sie vertrauen Pete und Myka?
Jij vertrouwt mij, en ik jou.
Du vertraust mir, ich vertraue dir. Er ist es.
Jij vertrouwt toch op je wapen in de strijd?
Sie verlassen sich im Kampf auf Ihre Waffe, oder?
Bulgari vertrouwt op robuuste productieapparatuur bij de productie van horloges.
Bulgari verlässt sich bei der Uhrenfertigung auf robuste Produktionstechnik.
Hij vertrouwt me niet. Nee.
Er vertraut mir nicht. Nein.
Je vertrouwt op een ieder die nog met je wil praten.
Man setzt auf jeden, der noch mit einem redet.
Georg vertrouwt op François.
Georg vertraute Francois.
U vertrouwt me niet, hé?
Sie vertrauen mir nicht, oder?
Je vertrouwt me niet, en je hebt geen respect voor me.
Du vertraust mir nicht, und du respektierst mich nicht.
Iedereen hier vertrouwt me.
Alle hier verlassen sich auf mich.
Uitslagen: 4084, Tijd: 0.0399

Vertrouwt in verschillende talen

Top woordenboek queries

Nederlands - Duits