Voorbeelden van het gebruik van Winter in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Gratis verwarming aan het eind van de winter.
Ik ben Louise Winter.
Speelt altijd op rond de Winter en Zomer zonnewende.
Waar was je toen we honger hadden in de winter?
Iets wat eerder die winter gebeurd was.
Even kijken: Wyatt, Winter en Wayne.
Als je weet of je een herfst, winter, najaar of lente bent.
Ik jaagde op zeehonden en maakte een ijsgrot tijdens de winter.
Het was een koude winter.
In de herfst of winter ontmoet je niemand.
Lk ben bang dat ik een boterbloem van de winter ben.
Ik ben Dr. Winter.
Verhardt uw hart Koningin van de winter.
We hebben generaal winter gevonden.
De leukste tijd van de winter is voorbij.
Christian Winter.
Ik passeer de rand van de koude winter.
Jij ook? We zijn bang voor deze herfst en deze winter.
Koningin van de winter.
Nee, dit is Winter Zomer.