ZWEERT - vertaling in Duits

schwört
zweren
beloven
eed
zwoeren
zwefen
schwörst
zweer
beloof
belooft
dat zweer
gelobt
beloven
zweren
beloof
verschwört sich
spannen samen
samenspannen
schwören
zweren
beloven
eed
zwoeren
zwefen
schwor
zweren
beloven
eed
zwoeren
zwefen
schwöre
zweren
beloven
eed
zwoeren
zwefen
unter Eid
onder ede
zweert
schwort
schwärt
zweren

Voorbeelden van het gebruik van Zweert in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Ecclesiastic category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Computer category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Je hoeft er niet in als je zweert om nooit meer iemand te slaan.
Du musst nicht hinein, wenn du schwörst, nie mehr einen Menschen zu schlagen.
Hij zweert wraak te zullen nemen op zijn verraderlijke adoptiefzoon.
Er schwor Rache für die Schändung seiner Tochter.
Zweert u, de waarheid te zeggen,
Schwören Sie, die Wahrheit zu sagen,
Ze zweert dat het leger haar man heeft vermoord.
Sie schwört, dass das Militär ihren Mann getötet hat.
Hoe vaak je ook knielt en wat je ook zweert.
Ganz egal, wie oft du niederkniest, ganz egal, was du schwörst.
Hij zweert trouw aan het huis Stark.
Er schwor Haus Stark die Treue.
Zweert u plechtig dat u de waarheid en niets dan de waarheid zult vertellen?
Schwören Sie, nichts als die Wahrheit zu sagen?
Waarom zweert hij op mij?
Warum schwört er auf mich?
Geen risico's te nemen, oké? Nou, alleen als je zweert.
Nur wenn du schwörst, keine Risiken einzugehen, okay?
Zweert u, Monica S.
Schwören Sie, Monica S.
In een briefje zweert hij dat hij Mira niets aangedaan heeft.
Abschiedsbrief, in dem er schwor, dass er Mira Tunney nichts getan habe.
Narcisse zweert dat de hertog een goede man is.
Narcisse schwört, dass der Herzog ein guter Mann ist.
Let op welke manier je zweert.
Denk darüber nach, wie du schwörst.
Zweert u, Linda R.
Schwören Sie, Linda R.
Marshall was aardig dronken, maar hij zweert dat de pinautomaat dit deed.
Marshall war ziemlich betrunken, aber er schwor, der Geldautomat fing an, Folgendes zu tun.
Hij zweert dat hij niks weet.
Er schwört, dass er von nichts weiß.
Hoe vaak je ook knielt en wat je ook zweert.
Egal wie oft du beugst das knie, egal was du schwörst.
Je zweert niet?
Sie schwören nicht?
Zweert u trouw aan Arnau Estanyol
Schwört Ihr Treue gegenüber Arnau Estanyol
Als je trouw aan me zweert.
Wenn du mir deine Treue schwörst.
Uitslagen: 591, Tijd: 0.0577

Top woordenboek queries

Nederlands - Duits