Voorbeelden van het gebruik van We speelden in het Nederlands en hun vertalingen in het Engels
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
We speelden samen, toen we kinderen waren.
We speelden samen in de tuin.
We speelden de herhaling van onze singles.
We speelden Memory.
We speelden goed!
We speelden en verloren.
Ja, we speelden samen honkbal.
Precies wat we speelden oma.
En we speelden houd je adem in onder water.
We speelden huishouden of doktertje.
We speelden slagbal toen een fotograaf ineens foto's begon te maken.
We speelden allemaal hetzelfde spelletje.
We speelden Keizerrijk.
We speelden een spel.
We speelden geen springbal.
We speelden spelletjes.
We speelden Star Trek op het schoolplein.
We speelden met elkaar na de school.
We speelden alles eerlijk tot nu toe,