Voorbeelden van het gebruik van Dok in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Ik kan je nog steeds aan, Dok.
Alles in orde, Dok?
Ik heb dit allemaal al eens meegemaakt, Dok.
Dok, hij was niet gewond,?
Dit is niet oké, Dok.
Martha, dok heeft haast.
Hoe gaat het met u, Dok?
Dok, ik neem die tas mee.
Wat is er, Dok?
Luister, dok… ik ben ten einde raad.
Dok, we moeten gaan,
Dok, ik verlies adem, ik denk dat ik wat liters nodig heb.
Dok, ik weet niet hoelang we het vol kunnen houden hier.
Dok, je lijkt me een aardige vent.
Dok, wat heeft Skylar precies gezegd?
Wat dok?
Dok, dit ben jij niet,
Hoe lang heb ik nog te leven, dok?
Dok, een avatar is een vorm van zelfexpressie.
Jij zou beter moeten weten, dok.