Voorbeelden van het gebruik van Opa in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Opa, laat zien wat je kan.
Opa, we staan erop.
Jij en opa zouden het moeten bottelen en verkopen.
Weet je wat, opa is niet hier, goed?
Dit was het appartement van mijn opa.
Een standbeeld van je opa.
een voormalige loodgieter als opa Max.
Opa Fred heeft er een half uur gezeten.
Meneer Froissart, je opa… Ben je met hem meegekomen?
Alstublieft, opa, ik ken deze mannen.
M'n opa was een Napolitaan,
Hé, opa, waar gingen we net doorheen?
De begrafenis van mijn opa.
Die noemden we oma en opa.
Je hoeft vanavond niet weer met opa uit te gaan.
Of' opa' of' Methusalem'. Ik kan je tot moes slaan.
Nee, opa, vertel het ze.
Maar bij opa is niets te beleven.
Dat is mijn werk, opa. Ik ben de stadsverdelger.
Ik wil dit laten zien aan opa Chu.