Voorbeelden van het gebruik van Speels in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Ze was zo speels.
Soms licht en speels, soms intens en humeurig.
Ik wilde iets speels, maar niet jeugdige speels, toch?
Het is speels speelgoed dat urenlang kinderen entertaint.
Speels leren, van begin af aan!
Speels zijn op vakantie, wie wil dat niet.
De engelen zijn speels omdat ze zoveel zelfvertrouwen hebben!
Hij is mooi en speels, robuust en sterk.
Een speels waterparcours voor kinderen.
Pierrot is eerlijk, speels en heeft een zekere mate van gezond verstand.
Op deze manier kunnen ouders speels verschillende sporten ontdekken met hun kind.
De holografische tattoos zijn speels, jong en perfect voor een feestje.
Het moet natuurlijk zijn… en speels en iets dat jullie beiden verbindt.
grappig en speels.
Sim Sim is vandaag een beetje speels.
Maar Job is niet speels.
Over het algemeen zijn ze speels, zachtaardig en intelligent.
Eclectisch, eigenzinnig, chaotisch en toch vakkundig opgebouwd en speels.
spiritueel gezond, speels en liefdevol.
De ronde magneet is gemaakt van kunststof en heeft een speels design.