Voorbeelden van het gebruik van Logeert in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Ze logeert in een hotel.
Madelyn logeert bij mij.
Je logeert op het platteland maar in de omgeving is alles te vinden.
De man die logeert bij Briggs, draagt een bank op zijn rug.
Logeert bij een vriend.
Ze logeert hier een paar dagen.
Waar logeert ze?
Hij logeert in de King.
Hij logeert in het Adams House hotel.
Hij logeert bij een vriendje.
Je logeert bij de Parkers, en je bent een lekkere Française?
Widgeon, ga met Het Lam kijken waar Tolliver logeert.
Ik ben benieuwd wie daar logeert.
Ze logeert een paar dagen bij haar vader.
John logeert deze week bij ons.
En waar logeert hij?
Hij logeert bij mij.
Ze logeert nog steeds bij haar zus.
Je logeert in Hollywood omdat je denkt dat dat spannend is.
Weet u of deze man hier logeert?