Examples of using Zeg dat het in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Zeg dat het niet zo is, Tinner.
Zeg dat het een internetles was.
Zeg dat het niet weer gebeurt.
Connor, zeg dat het werkt.
Wat als ik zeg dat het niet kan?
Zeg dat het werkt.
Oh, zeg dat het niet zo is.
Donner, zeg dat het werkt.
Onze afspraak is wat ik zeg dat het is.
Zeg dat het niet waar is!
De missie is wat ik zeg dat het is.
Donner, zeg dat het werkt.
Mexicanen?-Nee, zeg dat het zwart was?
Zeg dat het minder wanordelijk is dan het lijkt.
Queen is wat ik zeg dat het is!
Scottie. Zeg dat het goed is gekomen.
Dit is voorbij als ik zeg dat het is.
Scottie. Zeg dat het goed is gekomen.
Zeg dat het jouw schuld niet was.
Kom op. Zeg dat het je spijt.