Examples of using Zij zou in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Zij zou niet hoeven te wachten toch? Stacy.
Zij zou hem pijn hebben gedaan.
Zij zou in staat zijn om de kou te overleven.
Zij zou willen bewijzen dat je fout zit.
Zij zou jou nooit vertellen waar ze zijn.
En zij zou hem neergeschoten hebben,
Zij zou die promotie hebben gekregen.
Zij zou een ticket nemen voor een andere vlucht.
En zij zou hem mij geven.
Zij zou niet eens op 't veld mogen staan.
Dat is wat zij zou willen dat je deed.
Zij zou zeggen dat dat past bij een verdeeld land.
Ik zou TV kijken en zij zou mij masseren.
Zij zou over 10 minuten een toespraak houden.
Hij of zij zou willen zijn/ haar haar te wassen.
Nee, zij zou met iemand anders weglopen.
Zij zou niet eens op 't veld mogen staan!
Palmer. Zij zou daar zijn.
Zij zou onze lelijkerd worden.
Zij zou het hebben gebruikt.