WEEKS in Dutch translation

• weken
• week
• weeks
• weekjes

Examples of using Weeks in English and their translations into Dutch

Oh, Jack. Two weeks ago today.
Oh, Jack. Vandaag twee weken geleden.

Till two weeks ago.
Tot een week geleden.

Hello? Can I speak with Miriam Weeks please?
Kan ik met Miriam Weeks spreken, alstublieft. hallo?

I think this will after 8-9 weeks JIPPY!
Volgens mij wordt dit na 8-9 weekjes JIPPY!

I gave you two weeks.
Ik gaf u twee weken.

About eight weeks.
Ongeveer een week of acht.

My horsey, my TV Weeks.
Mijn paardjes, mijn TV Weeks.

There for about 2 or 3 weeks, I think.
Voor ongeveer 2 of 3 weken, denk ik.

How many weeks was I?
In de hoeveelste week was ik?

That charming Mr. Weeks.
Die charmante Mr. Weeks.

I will give you 2 weeks.
Ik geeft u twee weken.

We could alternate weeks with them?
We kunnen ze om de week wisselen?

Me, Wrights and Weeks, we're staying.
Wij blijven. Me, Wrights en Weeks.

I have it for 2 weeks.
Ik heb het voor 2 weken.

And in San Francisco… five and a half weeks.
En in San Francisco vijf en een halve week.

We're staying. Me, Wrights and Weeks.
Wij blijven. Me, Wrights en Weeks.

Weeks. Weeks, Winslow.
Weken, Winslow, weken.

That blood work is weeks old.
Dat bloedonderzoek is een week oud.

Agent Weeks.
Agent Weeks.

Weeks, Winslow. Weeks.
Weken, Winslow, weken.