ERMUTIGEN - vertaling in Nederlands

aanmoedigen
fördern
ermutigen
förderung
unterstützen
anregen
anfeuern
ermuntern
ermutigung
anhalten
auffordern
stimuleren
fördern
förderung
stimulieren
steigern
anregen
ermutigen
ankurbeln
unterstützen
vorantreiben
steigerung
aansporen
ermutigen
auffordern
drängen
anspornen
ermuntern
anregen
anreize
anhalten
sporn
dazu veranlassen
ertoe
wichtig
veranlassen
verpflichten
dazu bewegt
aanmoedigen om
aanmoedigt
fördern
ermutigen
förderung
unterstützen
anregen
anfeuern
ermuntern
ermutigung
anhalten
auffordern
te moedigen
förderung
fördern
zu ermutigen
zu ermuntern
anregen
zu unterstützen
die ermutigung
dazu anzuhalten

Voorbeelden van het gebruik van Ermutigen in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Ecclesiastic category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Computer category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Wir sollten sie ermutigen zu zeichnen, zu schreiben, zu tanzen.
We moeten haar stimuleren om te gaan tekenen, schrijven of dansen.
Aber ich kann dich nicht ermutigen.
Maar ik kan je niet aanmoedigen.
Wir sollten daher junge Menschen ermutigen, solche Studiengänge zu belegen.
We moeten daarom jonge mensen stimuleren dit soort hoger onderwijs te gaan volgen.
Trotzdem. Vielleicht hätte ich ihn nicht ermutigen sollen.
Misschien had ik hem toch niet moeten aanmoedigen.
Ich möchte mehr junge Menschen ermutigen, Sprachen zu lernen.
Ik wil meer jongeren stimuleren talen te leren.
Ermutigen Sie mich nicht.
Je mag me niet aanmoedigen.
Wir wollen zur Innovation ermutigen.
Wij willen de innovatie stimuleren.
Du solltest ihn mehr ermutigen.
Je moet hem meer aanmoedigen.
Die Aufrechterhaltung Reinlichkeit des Ortes und andere ermutigen, sie zu praktizieren.
Het handhaven van netheid van de plaats en het stimuleren van anderen te oefenen.
Er will die Mitarbeiterinnen nur ermutigen.
Hij wil gewoon het vrouwelijk personeel aanmoedigen.
Die Mitgliedstaaten und die Kommission ermutigen.
De lidstaten en de Commissie stimuleren.
Dich in Aktion zu filmen würde unsere Feinde nur ermutigen.
Jouw acties opnemen zou alleen maar onze vijanden aanmoedigen.
Ich wollte ihn ermutigen.
Ik wilde hem stimuleren.
Du solltest mich ermutigen.
Je moet mij aanmoedigen.
Ok, ja, ermutigen wir sie nicht.
Oké, laten we ze niet aanmoedigen.
Zu allererst sollten wir unsere Landwirte ermutigen, mehr zu produzieren.
In de allereerste plaats moeten we onze boeren stimuleren meer te produceren.
Und du? Sollst ihn nicht ermutigen.
En jij, je moet hem niet aanmoedigen.
Wir müssen sie also ermutigen, denn genau dies erwarten sie.
Ze moeten dus aangemoedigd worden. Dat is wat ze willen.
Unternehmerische Initiative ermutigen.
Aanmoedigen van ondernemerschap.
Somua Teilnehmer ermutigen, merka zu stehen und fragen, aufgeteilt in 2- 3 Gruppe.
Somua deelnemers aanmoedigen om op te staan en vragen Merka opgesplitst in 2- 3 groep.
Uitslagen: 854, Tijd: 0.4162

Top woordenboek queries

Duits - Nederlands