ONKEL - vertaling in Nederlands

• oom
• nonkel
• uncle
• ooms
• ome
• oompje
• nonkels

Voorbeelden van het gebruik van Onkel in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands

Danke. Danke, onkel Ethan.
Bedankt, oom Ethan.

Wie viele Onkel hast du denn?
Hoeveel nonkels heb jij,?

Das sind meine Onkel Dallas und Wyatt.
Dit zijn m'n ooms, Dallas en Wyatt.

Gib dem Onkel einen Kuss.
Geef oompje 'n kus.

Onkel Jerry ist da. Kleiner.
Ome Jerry is er. Jochie.

Onkel Herman? Ist alles in Ordnung mit Tante Alice?
Nonkel Herman? Is alles oke met tante Alice?

Aber Onkel Sam wird keinen Verdacht schöpfen.
Maar Uncle Sam zal niks vermoeden.

Ich ruhe mich aus. Onkel Dunc!
Ik ben aan het rusten. Oom Dunc?

Wer ist Onkel John?
Wie is ome John?

Onkel und Tanten und dann.
Tantes en ooms, en daarna.

Was geht, Onkel Paco?
Wazzup, oompje Paco?

Tanten, Onkel?
Tantes, nonkels,?

Mein Onkel schoss auf ihn, ohne nachzudenken.
Mijn nonkel hem zonder nadenken hem neer.

Offiziell ist Onkel Sam neutral.
Officieel is Uncle Sam neutraal in deze schietpartij.

Überlass das Onkel Henry.
Laat het aan oom Henry over.

Sogar Daddy und Onkel Carlos haben aufgehört zu streiten.
Zelfs pap en ome Carlos, maken geen ruzie meer.

Hast du nie irgendwelche Onkel oder Tanten kennengelernt?
Heb je nooit ooms of tantes ontmoet?

Damit ich onkel Fritz direkt in seinen MonokeI sehen und nein sagen kann.
Zodat ik oompje Fritz recht in z'n monocle Nein kan verkopen.

Hast du irgendwelche Tanten, Onkel oder Großeltern?
Heb je tantes of nonkels of grootouders?

Onkel Eddie, was soll ich denn machen?
Nonkel Eddie, wat moet ik dan doen?