STARRT - vertaling in Nederlands

• staart
• kijkt
• staren
• staart naar
• kijken
• kijk
• staar
• keek
• wegrotte
• de kijkt

Voorbeelden van het gebruik van Starrt in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands

Was starrt ihr so?
Wat kijken jullie?

Starrt nicht so!
Kijk niet alleen!

Und er starrt so bedürftig.
Ze staren zo wanhopig.

Er starrt sie an und sagt.
Hij kijkt haar geruststellend aan en zegt.

Und er starrt mich an.
En hij staart naar mij.

Warum starrt ihr mich alle an?
Waarom kijken jullie me zo aan?

Was starrt Ihr auf ihren Stuhl?
Waarom staar je naar haar stoel?

Starrt mich nicht an! Scheiße!
Kijk niet naar me. Verdomme!

Schließlich dreht sich der Kerl um und starrt so zu mir.
Toen draaide die gast zich om en keek zo naar me.

Warum starrt ihr mich an?
Waarom staren jullie me aan?

Warum starrt sie so?
Waarom staart ze zo?

Der Löwe starrt dich an?
Kijkt die leeuw je aan?

Wieso starrt ihr mich so an?
Waarom kijken jullie zo naar me?

Was starrt Ihr mich so an? Wache.
Waar kijk je naar? Bewaker.

Nein, starrt nicht, Ihr Herren, es ist wirklich wahr.
Nee, staar niet, mijne heren.

Sondern euch nur zwischen die Beine starrt?
En alleen maar naar je borstkas en kruis keek?

Was starrt ihr alle so?
Waar staren jullie allemaal naar?

Warum starrt er mich an, als ob… Was meinst du?
Waarom staart hij me aan alsof… Alsof wat?

Aber um diese Zeit starrt deine Freundin auf die Uhr.
Ongeveer om deze tijd, kijkt jouw vriendin Louisa op haar horloge.

Warum starrt ihr mich da an?
Waarom kijken jullie mij aan?